Wanneer ik denk dat ik regie heb over mijn slaap, ga ik met een verwachtingspatroon naar bed. De realiteit is dat ik soms wakker ben, soms slaap en soms doezel. Ik had ideeën over hoe het zou moeten gaan en daar ga ik niet over. Nu ga ik meestal naar bed om te rusten, dan is het vrij. Ik kan een fijn bed regelen. Naast mij wat water, wat pepermuntjes en een tablet met muziek/filosofie-interviews. Zo verblijf ik in de gemiddelde nachtrust. Er is geen plan meer en er wordt gelaveerd tussen wakker, met koptelefoon luisterend naar muziek, wc bezoekje, slaap, dromen. Bij dit alles in de onderstroom, mildheid. Mildheid dat het gaat zoals het gaat. De ene nacht veel slaap, de andere nacht veel wakker, dan weer een lange podcast via de koptelefoon en het is precies zoals het is.